maandag 28 mei 2018

Het verhaal van de ladder


De was hangt te wapperen in de zon.
Vanmorgen moest ik bloed laten prikken en ik heb wat boodschappen gedaan.
Dat was het dan wel weer voor vandaag. Ik zit nu in een hoekje van de bank, laptop op mijn schoot.
De kamer moet eigenlijk opgeruimd worden na het weekend en in de keuken staat een vaat te wachten. Eigenlijk is het gewoon nog een rommeltje.
En midden in dat rommeltje, zit ik.

Ken je dat? Dat je midden in een rommeltje zit? Niet letterlijk, maar figuurlijk.
Omdat alles je bij de handen afbreekt. Alles wat je oppakt mislukt. Je hebt verdriet omdat je een geliefde bent verloren. Of misschien wel je gezondheid of je baan. Soms is het lijden van je leven zo groot dat het wel lijkt alsof God er niet meer is.
Verdwenen achter de donkere wolken die boven je leven hangen.

Er zijn mensen die zeggen dat het volgen van Jezus je automatisch zegeningen brengt. Als je Hem volgt en gelooft, vult Hij je leven met gezondheid en voorspoed.
Nog niet zo lang geleden hoorde ik iemand dit zeggen en eerlijk gezegd werd ik er alleen maar verdrietig van. Blijkbaar doe ik dus iets niet goed; dacht ik. 
Want ik ben niet gezond, maar moe. Ik kan het leven allemaal niet zo goed aan en mijn hoofd wil vaak veel meer dan mijn lijf.
Ik zit heel vaak midden in de rommel van mijn leven. 
En zo vlekkeloos verloopt het allemaal niet.


Is het echt zo dat God ons gezondheid en voorspoed belooft als we Hem geloven?
Of belooft Hij iets heel anders?

Er zijn momenten dat ik niet bij God kan komen. De dingen van het leven, het verdriet, de pijn en de moeiten kunnen me soms zo lam slaan dat ik niet eens meer energie heb om te proberen bij God te komen. En als ik op zo’n moment een preek hoor over de voorspoed die God wil geven, dan voel ik me alleen maar wanhopig en ellendig.

Misschien wel net zo wanhopig en ellendig als Jakob.
Daar liep hij dan, in zijn eentje door de woestijn.
Zijn vader bedrogen, zijn broer aangezet tot wraak, zijn hart vervuld van angst.
Hij had geen idee hoe zijn toekomst er uit zou zien en hij had al helemaal geen idee of Hij ooit wel weer thuis zou kunnen komen.
Jakob zat, net als ik soms, midden in de puinhoop van zijn leven.
Toen hij die nacht ging slapen, moet hij gedacht hebben dat hij niets meer over had. Hij had zelfs geen kussen om zijn hoofd op te laten rusten die nacht.
Enig idee hoe eenzaam en bang hij zich moet hebben gevoeld?

En weet je wat God deed?
Hij zei niet: 'Tja, je hebt het ook helemaal fout gedaan.
Waar was je vertrouwen in Mij?
Ik wilde je voorspoed geven, maar ja, je dacht het allemaal zelf te kunnen regelen. Logisch dat je je nu eenzaam en verlaten voelt.'

Nee. Dat zei God niet

Die nacht kreeg Jakob een droom. God gaf Jakob een visioen van hoop.
Hij droomde van een ladder. Een ladder die op de aarde stond en tot in de hemel reikte.
Langs deze ladder klommen engelen van God omlaag en weer omhoog.
Ze kwamen naar de aarde om te doen wat God hen had opgedragen en als ze hun missie hadden volbracht keerden ze weer terug.
In de verlaten woestijn waar Jakob zich bevond, daalden Gods engelen af om het werk te doen van Hem die hen had gestuurd.
En boven aan de ladder stond God Zelf.
Toen Jakob wakker werd zei Jakob: ‘Dit is zeker, op deze plaats is de Heer aanwezig. Dat besefte ik niet.’

Jakob ving deze nacht een glimp op van ik denk een van de belangrijkste waarheden van mijn geloof.
In dit aardse leven moeten we door veel woestijnen. Woestijnen voor onze ziel.
Verwoeste dromen, verlies, verdriet of pijn. Er zijn momenten dat niets ons meer kan troosten en waar we niets overhouden, dan alleen een harde steen waarop we ons hoofd kunnen leggen als we rusten aan de kant van ons eenzame pad.
Op die plekken lijkt God oneindig ver weg.
En toch…

Toch is er een ladder die de grond van onze eenzame woestijn raakt. Gods engelen komen erlangs naar de aarde en klimmen weer omhoog en Hij is het die ons Zijn hulp aanbiedt.
Er zijn woestijnen die ons menselijke begrip ver te boven gaan. Maar je bent er nooit alleen.
De ladder van Jakob staat zelfs op die verlaten plek, en God is bij je.

De glans van Gods liefde reikt tot in de meest verwoeste plekken van het leven.
De glans van Gods liefde werd zichtbaar aan het kruis, daar waar al het lijden van de wereld samen komt.
God is en blijft een trouwe Helper en een Rots van zekerheid.
Hij verlaat ons niet als de puinhopen ons omgeven. Hij daalt juist af.
Zo nabij is God. Nabij genoeg om er te zijn in al ons verdriet.

Het is een waarheid die ik me wil blijven beseffen: God is nooit ver weg!
Alleen door mijn blindheid lijkt het zo. Mijn blindheid hangt als een sluier tussen God en mij op momenten dat Hij zo ver weg lijkt. Net als Jakob besef ik het zo vaak niet.
Maar dit aanhankelijke geloof wil ik zo graag door laten sijpelen in alle hoeken van mijn leven.
God is nooit ver weg en juist in de nood is Hij nabij.
Dit is de belofte die God ons geeft.
En met Hem kan er vrede zijn in mijn hart, midden tussen de puinhopen.
Zijn Wijsheid en Liefde gaat zoveel dieper dan wij hier op aarde zien.

Ik geloof denk ik liever in een God, Wiens liefde zo groot is dat Hij afdaalt in mijn verloren wereld,
dan in een God Die me alleen maar voorspoed geeft.
Omdat dat eerste betekent dat God veel dichterbij is dan ik denk. Omdat dat eerste betekent dat God veel meer Liefde voor me heeft dan ik ooit zal beseffen.
Omdat dat eerste betekent dat ik nooit verlaten ben en dat inderdaad niets mij zal kunnen scheiden van Hem.


3 opmerkingen:

@Lineke zei

Maar de gerechtigheid uit het geloof spreekt aldus: Zeg niet in uw hart: Wie zal ten hemel opklimmen? namelijk om Christus te doen afdalen; of: Wie zal in de afgrond nederdalen? namelijk om Christus uit de doden te doen opkomen. Maar wat zegt zij? Nabij u is het woord, in uw mond en in uw hart, namelijk het woord des geloofs, dat wij prediken. Want indien gij met uw mond belijdt, dat Jezus Heer is, en met uw hart gelooft, dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult gij behouden worden; want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot behoudenis. Immers het schriftwoord zegt: Al wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen.
Romeinen 10:6‭-‬11 NBG51
https://bible.com/bible/328/rom.10.6-11.NBG51

@Lineke zei

Wat een mooie blog Veel zegen en nabijheid voor jou

DanielleOnderweg zei

Heel mooi.

Stoppen met hozen