‘In het koninkrijk
van God staat alles op zijn kop.’
We zongen het
vroeger in ons gezin en ik weet nog hoe mijn moeder me uitlegde
waarom dat zo was. De dingen die de wereld ons voorhoudt, zijn zo
heel anders dan de dingen van God.
‘De koning is een
dienaar,
de verliezer wordt
een winnaar.
De laagste wordt de
hoogste,
de kleinste wordt de
grootste.
Laat doorgaan, laat
doorgaan,
wie achter is, mag
vooraan.’
Zo werkt het bij
God. Het is de paradox van ons christelijk geloof. En hoe langer ik
daarover nadenk, hoe dieper ik erin wegzink.
Wat laat ik me vaak
meetrekken in hoe de wereld denkt. Wat heb ik mezelf vaak daaraan
afgemeten.
Wat heb ik me er
vaak mee vermoeid, terwijl het me heel iets anders bracht dan wat ik
voor ogen had. In mijn hoogmoed jaagde ik juist de verkeerde dingen
na. Totdat ik uiteindelijk brak.
En toen kwam God, en
Hij reikte me iets heel anders aan.
Ik kom juist terug
van een wandeling door het park. Deze winter heb ik daar ook meerdere
keren gelopen. Alles was toen zo donker en kil, al het leven leek te
zijn verdwenen. Maar nu komt, al is het nog voorzichtig, het jonge
groen weer om de hoek kijken. Uit die donkere dagen van de winter
komt toch weer de lente. De zachte zonnestralen van de afgelopen
dagen lokken het leven weer tevoorschijn. Dood is helemaal niet dood,
het is alleen dat het leven in het geheim verderging. Aan ons oog
onttrokken.
En nu onze Schepper
de zon weer laat schijnen, laat al het leven zich weer zien.
En zo gaat het jaar
in, jaar uit. Wat een trouw! Wat een hoop!
Nog niet zo lang
geleden hebben we Pasen gevierd. Ook daar won het licht het van de
duisternis.
En daar mogen we
blij mee zijn, en feest om vieren.
Toch gaat het
volgens mij nog zoveel dieper. Het gaat om zoveel meer: Gods liefde
won het van ons; schuldige mensen.
Mijn trots en mijn
hoogmoed, mijn zonden en al mijn schuld brachten Jezus om op Goede
Vrijdag.
Jezus stierf. Dat
was de weg die Hij koos. Maar Hij stierf door mijn schuld.
Dietrich Bonhoeffer
schijft: Goede vrijdag is niet zoals het overgangsstadium van de
winter naar de lente. Er bleef geen kiem van leven achter waardoor de
dood van Jezus zou lijken op een slaap.
Nee, het is het
werkelijke einde, het einde van de schuldige mensheid en het laatste
gericht, dat ze zelf heeft uitgesproken.
Op dat moment, op
Goede Vrijdag kon nog maar één ding helpen: dat God zou ingrijpen.
Als het verhaal was
geëindigd op deze dag, dan was het laatste woord ‘schuld’
geweest. Goddeloosheid en godverlatenheid. En als gevolg daarvan:
zinloosheid.
Dan was ons geloof
vruchteloos. Dan waren we nog steeds verloren.
Als
Christus niet is opgewekt, dan is uw geloof zonder vrucht
dan
bent u nog in uw zonden.
– 1
Korinthe 15:17 –
Maar wat een genade:
het laatste woord is niet aan ons mensen. Het laatste woord is aan
God!
God de Vader zag om
naar Zijn Zoon en Hem aangeraakt met Zijn eeuwige leven.
Jezus leeft omdat
God leeft. Omdat Gods liefde leeft.
En als God leeft,
dan leeft Zijn liefde voor ons, ondanks het kruis.
Dan leven we niet
meer in onze schuld, maar zijn we vergeven.
God zag om naar
Jezus, en Jezus zag om naar mij. Naar jou.
Omdat Jezus leeft,
heeft het geloof zin. Dan zijn we de gelukkigste van alle mensen.
Pasen is Gods omzien
naar ons. Het laat ons de heerlijkheid en de macht van God zien. Hij
is Heer over de dood. Ook over mijn dood. Zoals Hij Jezus uit de dood
opwekte, zal Hij alle mensen die Hem aangenomen hebben uit de dood
naar het leven leiden. Dat is onze hoop!
In het koninkrijk
van God staat alles op zijn kop. Ja!
En wij mogen er deel
van uitmaken.
Wat een genade! Wat een feest!
1 opmerking:
Oh, wat schrijf jij mooi! Ik hoop dat je vaker gaat schrijven...
Een reactie posten