We zijn op weg naar je schoolvriend;
een jongetje wat vorig jaar uit Syrië kwam en nu bij jou in de klas zit.
Dit weekend bedacht je je opeens dat hij misschien wel helemaal geen bijbel heeft, en daarom wilde je hem er wel één geven.
Vanmorgen heb je het aan hem gevraagd, en hij wilde er wel graag één.
Maar dan wel het liefst door de brievenbus en niet midden in de klas.
En nu gaan we dus samen naar zijn huis.
'Voor mijn vriend, van Mattanja'
heb je op het eerste blad geschreven.
Het is een bijbel met mooie plaatjes en korte verhaaltjes.
Dat is makkelijker om zelf te lezen.
'Het is net een beetje smokkelen hé mam.'
Aangekomen bel je aan en geeft de bijbel.
Twee donkere ogen stralen jou tegemoet. Wat is hij blij.
'Ik snap nu dat je van geven ook blij kunt worden.'
zeg je als we samen terug lopen.
'Ja, ik ook.' zeg ik.
Je laat me dingen doen die ik zelf nooit bedacht
of misschien wel gedurfd zou hebben.
Maar dan wel het liefst door de brievenbus en niet midden in de klas.
En nu gaan we dus samen naar zijn huis.
'Voor mijn vriend, van Mattanja'
heb je op het eerste blad geschreven.
Het is een bijbel met mooie plaatjes en korte verhaaltjes.
Dat is makkelijker om zelf te lezen.
'Het is net een beetje smokkelen hé mam.'
Aangekomen bel je aan en geeft de bijbel.
Twee donkere ogen stralen jou tegemoet. Wat is hij blij.
'Ik snap nu dat je van geven ook blij kunt worden.'
zeg je als we samen terug lopen.
'Ja, ik ook.' zeg ik.
Je laat me dingen doen die ik zelf nooit bedacht
of misschien wel gedurfd zou hebben.
1 opmerking:
Dank je wel. Een verhaaltje waar ik kippenvel van krijg! Wat een voorbeeld.
Een reactie posten