De week voor kerst.
Onze huiskamer word gevuld met de prachtigste klanken.
Stemmen zingen over
vrede op aarde en licht in een donkere wereld.
Het klinkt allemaal
prachtig, maar het staat zo in schril contrast met wat er in de
wereld gebeurt.
Lege ogen in een
vuil gezichtje kijken me aan vanaf het televisiescherm.
Alleppo.
In Duitsland wordt
getreurd en gekermd omdat mensen het leven is afgenomen.
Ze dachten gezellig
een kerstmarkt te bezoeken, en kwamen nooit meer thuis.
Gek, pas nu bedenk
ik me dat de mensen die achterbleven ook kerst zullen vieren dit
weekend.
Ik merk dat mijn
hart in opstand dreigt te komen.
Ik heb helemaal geen
zin in een kleine baby in de stal.
Ik heb helemaal geen
zin in lichtjes en feest.
Vrede op aarde lijkt
erg ver van mijn bed.
En dan heb ik het
nog niet eens over al het andere leed. Gebroken harten, verloren
levens.
En dan...midden in
mijn gemijmer, dwars door mijn opstandige gevoelens doemt het beeld
van een kruis op. En aan dat kruis… de Man, Die eens kwam als een
baby.
Het toonbeeld van
lijden.
Hij weet wat het
is...bedenk ik. Hij heeft altijd geweten van deze ellende.
Deze wereld die
doordrenkt is van onrecht, pijn, verdriet, rauwe wonden en
verlatenheid.
Ik hoef mijn gezicht
niet af te wenden van al het lijden in deze wereld.
Hij deed dat ook
niet.
Hij keek het lijden
recht in het gezicht en ging er dwars door heen. Om een weg te banen,
voor jou,
voor mij en voor
alle mensen die Hij zo liefheeft.
Zijn hiermee al mijn
vragen en twijfels weg? Nee, ze blijven…
Werkelijk, ik snap
er helemaal niets van. Maar dwars door alles heen klinkt Zijn Naam:
Immanuel, God met
ons!
Hij is erbij! Hij
ontfermt Zich en zal ons ooit uit de modder van deze wereld tillen.
Ooit! Aan die hoop
wil ik ondanks alles hardnekkig blijven vasthouden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten