maandag 18 september 2017

Als er niets meer klopt...

Met een brede lach stond ze voor mijn deur.
‘Wat een prachtig stuk om te rijden zeg!’ zei ze.
En ze vertelde hoe ze had genoten van het rijden over dijk langs het water.
Naast haar stond haar zoontje. Een heerlijke peuter van toen drie jaar.
Voordat ik het wist liep ze naar boven met onze stofzuiger en nadat ze haar
haren had vastgezet met een klip ging ze aan de slag. 
Mijn hele huis werd schoon.
We dronken koffie in de tuin en ze verbaasde zich over de musjes die zo dichtbij kwamen.
Ze lapte mijn ramen en toen ze klaar was nam ze mijn handen in de hare en bad, voor mij en voor ons gezin. 
Wat was ik dankbaar dat zij deed wat ik niet kon, omdat mijn rug het af liet weten.
Wat was ik blij met haar oprechte lach en haar gebed. Het gaf me hoop op dat moment.


Vandaag is ze ziek. Heel erg ziek. Vorige week ontving ik het verpletterende bericht. Menselijk gezien kan ze niet meer beter worden.
Soms zijn berichten te erg om in één keer tot je door te laten dringen.
Ik zat als verdoofd op de bank.
En in de dagen die volgden leek het net of de impact ervan stukje bij beetje mijn hart binnen sijpelde.
Ik huilde. Alles waar ik in geloof, klonk opeens zo kil en leeg.
Ik schreeuwde naar de hemel: ‘Hoe kunt U?’
Verdriet en woede vochten om de voorrang en langzaam werd mijn keel dicht
geknepen als ik dacht aan haar, en aan al die mensen die zo dicht om haar heen staan.
 
Afgelopen zondag, zag ik mijn zoontje zitten.
Bij zijn vader op schoot, zijn hoofd tegen de borst van mijn man.
Ik was moe van het bidden, van het nadenken en van het smeken.
Opeens, zag ik mezelf zo zitten, bij God op schoot, mijn hoofd tegen Zijn borst.
En ik moest denken aan het nieuwe lied van LEV:
‘Zelfs als er niets meer klopt, klopt het hart van God.’ 
(geschreven door Matthijn Buwalda)



Misschien wil God wel dat we Hem zo vertrouwen, dat we met al ons verdriet,
ons onbegrip, onze boosheid, onze gebalde vuisten en onze dichtgeknepen kelen, bij Hem durven te komen en op Zijn schoot klimmen.
Dat we ons hoofd tegen Zijn borst leggen en Zijn hart horen kloppen in een wereld waar niets meer klopt. Waar mensen ongeneeslijk ziek worden, waar orkanen de levens van duizenden mensen verwoesten en zo kan ik nog wel even door gaan.




De hemel huilt, om al dit verdriet.
Maar er is een hart dat altijd blijft kloppen.
God is niet bang voor onze tranen, voor ons schreeuwen, ons onbegrip.
Hij wil ons nieuwe adem geven als onze kelen dicht geknepen worden.
Hij vangt onze tranen in een kruik en telt ze.
Begrijpen… nee, dat niet.
Maar we mogen schuilen. Wij kleine mensen, bij die grote God.



4 opmerkingen:

Aritha V. zei

Heel erg! Maar ik denk dat het waar is. Onze Vader in de hemel wil er op die manier voor je zijn. Dat is het om te overnachten in de schaduw van de Almachtige. Sterkte!

Unknown zei

❤️❤️❤️

www.annderverhaal.nl zei

Wat een droevig bericht heb jij destijds ontvangen. Ik zie dat deze mail al wat ouder is dus misschien is deze lieve vrouw al niet meer onder ons en zit zij waar jij jezelf zo beschrijft; op schoot bij God... Troostvol blog. Dankjewel.

AnneCreatief zei

Dit is een stukje wat me raakt en ook zo bemoedigend, bedankt

Stoppen met hozen